Overschakelen op koolstofarme versie

Tanninerijke planten kunnen methaanuitstoot bij grazende koeien verminderen

27 september 2024
door CSN Personeel

Onderzoekers van de Universiteit van Aarhus beginnen aan een baanbrekend project dat een revolutie teweeg kan brengen in de manier waarop we naar de rol van koeien in de landbouw en hun invloed op klimaatverandering kijken. Assistent professor Carsten Stefan Malisch van het departement Agroecologie heeft een prestigieuze Sapere Aude-beurs gekregen om het potentieel van tanninerijke planten te onderzoeken om de methaanuitstoot van koeien te verminderen.

Methaan, een krachtig broeikasgas, heeft een aanzienlijke impact op het milieu, omdat het 28 keer effectiever is in het vasthouden van warmte in de atmosfeer dan CO₂. Koeien zijn als herkauwers aanzienlijke uitstoters van methaan vanwege hun unieke spijsverteringsprocessen. Deze realiteit heeft hen vaak gepositioneerd als belangrijke bijdragers aan klimaatverandering binnen de landbouwsector. Het uitbannen van koeien uit de landbouw is echter geen eenvoudige oplossing, aangezien ze een vitale rol spelen in ecosystemen en menselijke voeding door gras en andere niet-eetbare gewassen om te zetten in consumptieproducten zoals zuivel en vlees.

"Sommige mensen denken van wel, maar koeien zijn eigenlijk belangrijk voor onze ecosystemen en voor de menselijke voeding. Herkauwers zijn de enige dieren die gras en andere gewassen kunnen eten die wij mensen niet kunnen eten en er producten van kunnen maken die wij wel kunnen eten. Dit kunnen kaas, zuivelproducten en vlees zijn," legt Malisch uit. Zijn onderzoek, dat wordt gefinancierd door het Independent Research Fund Denmark in het kader van het Sapere Aude DFF Research Leader Programme, is gericht op het aanpakken van de milieueffecten met behoud van deze voordelen.

Met koeien in de wei als middelpunt zal het nieuwe onderzoek zich met name richten op graslanden met meerdere soorten, die tanninerijke planten bevatten zoals saladebrandnet (Sanguisorba klein) en grote klaver (Lotus pedunculatus). Er wordt verwacht dat deze planten, opgenomen in het dieet van de koeien, een interactie aangaan met de bodemmicroben en het spijsverteringsstelsel van de koeien om de methaanuitstoot te verminderen. Een ander verwacht voordeel is de verbetering van de koolstofopslag in de bodem, waardoor de methaanuitstoot en koolstofvastlegging in evenwicht worden gebracht.

"Je kunt koeien op stal zetten en ze onder andere graan voeren dat als voedsel voor ons mensen gebruikt had kunnen worden. Koeien in de wei daarentegen eten iets wat wij mensen niet kunnen eten en tegelijkertijd creëren ze waarde voor de graslanden, omdat ze aanzienlijke hoeveelheden koolstof uit de atmosfeer halen en ondergronds opslaan," stelt Malisch. Het doel is om bij te dragen aan een klimaatvriendelijkere en misschien zelfs klimaatneutrale melkproductie.

Het onderzoeksproject wordt niet geïsoleerd uitgevoerd. Malisch heeft een robuust internationaal team samengesteld met medewerkers van Wageningen Universiteit, Turku Universiteit, ETH Zürich en Luke in Finland, naast onderzoekers van Aarhus Universiteit. Door de internationale samenwerking kunnen de experimenten in verschillende landen worden uitgevoerd, wat een breder en diverser perspectief op de resultaten biedt.

"Deze resultaten kunnen in veel meer landen dan Denemarken worden gebruikt, dus het is belangrijk dat we andere onderzoeksinstellingen erbij betrekken. Een ander voordeel is dat de verschillende partners veel kennis hebben over tanninerijke planten, experts op het gebied van genetica, bodem en biochemie, waar we veel profijt van kunnen hebben," voegt Malisch toe.

Hij erkent verder de steun van het departement Agroecologie van de Universiteit van Aarhus en benadrukt de uitmuntendheid van dit departement in het aanpakken van problemen met landbouwsystemen op verschillende schaalniveaus. De onderzoeksafdelingen van de afdeling, waaronder "Landbouwsystemen en duurzaamheid" en het onlangs opgerichte LandCraft Center, bieden cruciale ondersteuning om ervoor te zorgen dat het onderzoek praktische landbouwpraktijken oplevert.

Het project van Malisch sluit naadloos aan bij zijn interesse in circulaire landbouwsystemen, die het gebruik van alle beschikbare hulpbronnen optimaliseren door niet-eetbare gewassen om te zetten in eetbaar voedsel en meststoffen. In dergelijke systemen leveren dieren voedingsstoffen voor de akkers, waardoor er minder chemische meststoffen nodig zijn en de concurrentie tussen voedsel en voer minimaal is.

De Sapere Aude subsidie betekent niet alleen erkenning voor het innovatieve onderzoek van Malisch, maar is ook een belangrijke stap in de ontwikkeling van landbouwpraktijken die zowel productief als ecologisch duurzaam zijn. Dit onderzoek kan de basis leggen voor toekomstige systemen waarin herkauwers een cruciale rol blijven spelen in het leveren van hoogwaardige, klimaatvriendelijke producten uit circulaire systemen met minimale voedselconcurrentie.